Het verhaal van de bommen die Fokker misten, maar wel onschuldige huizen en mensen raakten, is al zo vaak verteld. Maar die mensen ín die huizen, wat maakten zij mee? Ik vroeg het mijn oudere broer Bob, die in juli 1943 vijf jaar was.
Bob: ‘We hoorden het lage gebrom van aanstormende vliegtuigen eerder dan dat we ze zagen. Nieuwsgierig gingen we voor het raam staan van de Adelaarsweg 93 éénhoog, met uitzicht over het Volewijckspark. Mijn moeder had mijn broertje Dick op haar arm en samen met zusje Paula en oudste broer Tom wachtten we op … ja, waarop eigenlijk? Vanuit de richting van het park zagen we ze recht op ons huis afkomen. Die bommen hadden ze inmiddels al laten vallen. Wisten wij veel dat ze bestemd waren voor Fokker?
Het gierende geluid en die dreunende ontploffingen hoor ik nog steeds. Het hele huis sidderde en een tel later lag de hele familie door de luchtdruk achter in de kamer tegen de tussendeur. Niemand was gewond, alleen het huis was een onleefbare ruïne geworden. Ruiten gesneuveld, muren omgevallen en het halve plafond was naar beneden gekomen.
Blijven kon niet. Mijn moeder en de twee jongsten vertrokken met de bus naar Landsmeer. Hoe mijn vader het voor elkaar heeft gekregen, is mij nog altijd een raadsel, maar hij organiseerde ’s middags een bakfiets, zette daar de nodige spullen op, plus mijn broer Tom en ik, en fietste naar een huisje aan de Van Beekstraat in Landsmeer. Hoe kwam hij daaraan? Ooit vergeten te vragen. Volgens de overlevering is hij met die bakfiets in een bocht nog omgevallen ook. Alle spullen, inclusief de gezinsleden, lagen in een droge greppel. In films zou iedereen hier in lachen uitbarsten, maar dat is film.’
We hebben het overleefd. Na negen maanden Landsmeer waren we terug op de Adelaarsweg.
Dick de Scally
© 2024 Dick de Scally. Op deze publicatie berust auteursrecht.
Een column van Dick de Scally
Dick schrijft zijn columns geheel op eigen titel.
Overzicht van Dick zijn columns.