Het zal ongeveer 1969 geweest zijn. Ik was een jaar of negen en we voetbalden meestal in de speeltuin Bloemenkwartier recht tegenover ons huis aan de Wingerdweg. Als we geen zin meer hadden om te voetballen en we verveelden ons dan gingen we in de buurt een beetje klieren. Dan belandden we wel eens op de Oude Leeuwarderweg en gingen dan kijken bij de tennisvereniging die daar op twee banen speelden.
Tennis was in die tijd echt nog een kaksport en de leden droegen allemaal witte kleding en werden waarschijnlijk met grote zorgvuldigheid gescreend want niet iedereen kon in die tijd lid worden. Een ballotagecommissie heette dat. Je moest een zekere achtergrond hebben en een beetje geld en dan ging het wel lukken. Jongens van de straat waren niet welkom en als we het tenniscomplex opliepen, was er altijd wel iemand die ons duidelijk maakte dat we niet welkom waren en maar beter konden gaan. En dan gingen we maar.
Over de draaibrug bij Buiksloot kwamen we dan weer terug in de buurt van onze wijk en soms gingen we dan maar bij het slootje bullekoppies vangen. Zo noemden wij de kleine kikkervisjes die net waren geboren uit de eitjes die in de sloot in het kikkerdril zaten. Bullekoppies hadden nog geen pootjes maar wel een staartje en ze zwommen razendsnel in het slootje achter het Floradorp.
Ik heb inmiddels begrepen dat dit slootje onder het kippenbruggetje door stroomde. We probeerden deze kikkervisjes meestal met onze handen te vangen en dan namen we ze in een potje mee naar huis. De bullekopjes zouden normaal gesproken in ongeveer twaalf weken uitgroeien tot kikkers met vier poten en hun staart zou verdwijnen maar ik ben bang dat wij ze die toekomst hebben ontnomen.
Bekijk alle afleveringen herinneringen Harry van Santen de Hoog
Auteur: Een Doodgewone Jongen Uit Amsterdam Noord
© 2024 Harry van Santen de Hoog. Op deze publicatie berust auteursrecht.
Wilt u contact opnemen met Harry van Santen de Hoog?
Dat kan via het reactie formulier van Harry.