Zachte G
Ze had grote ogen en een zachte G. Het was in het najaar van 1969. Ik had een relatie achter de rug die tot in de zomer van 1968 had geduurd maar waar ik veel last van heb gehad.
Te lang had ik op mijn zolderkamertje aan de Wingerdweg in Amsterdam Noord zitten kniezen hoe zielig ik wel niet was. Het was de hoogste tijd om te vergeten en weer van het uitgaansleven te genieten. Dat deed ik dan ook samen met een aantal vrienden. De zaterdag was de dag dat we ons uitbundig in het uitgaansleven in de regio uit leefden. De ene keer in Amsterdam, soms in Loosdrecht maar later gingen we meer richting Alkmaar, Bergen en Groet. Mijn ouders hadden een vakantiehuisje in Groet dus ik was heel goed bekend in deze regio.
Soms gingen we uit in de Bokkesprong in Hargen, een dorpje tussen Groet en Camperduin. In deze periode had Hennie, een vriend van mij een beetje kennis aan een meisje. Ze heette Josje, kwam oorspronkelijk uit het zuiden maar woonde al een tijdje in Bergen waar ze een kamer had bij een familie. Josje kwam ook op de plekken waar wij uitgingen. Hennie was een twijfelaar en nogal onzeker over wat hij wilde. Waarschijnlijk in ieder geval geen vaste vriendin want het was voorbij voordat je het een relatie kon noemen.
Ik was net hersteld van een infectie die ik had opgelopen in mijn zomervakantie in Benidorm in Spanje. Het was aan het eind van die zomer in 1969 *) dat ik voor het eerst weer eens een weekend vanuit Amsterdam Noord met de trein en bus naar mijn ouders in Groet ging.
Tegenover het station Alkmaar, wachtte ik op de bus naar Groet of eigenlijk Camperduin en daar stond Josje opeens te wachten bij de bushalte. We hadden een leuk en geanimeerd gesprek gedurende de gehele busrit. Helaas moest zij in Bergen al de bus uit. Ik had haar in het verleden wel eens kort gesproken maar tijdens deze busrit kwam ik erachter dat ik haar eigenlijk wel heel leuk en schattig vond. Een verlegen meisje met grote ogen en een zachte G. Opeens besefte ik dat er eindelijk na lange tijd weer ruimte was in mijn gedachten voor een ander meisje. Dat was een fijn gevoel. Het gehele weekend speelde ze door mijn hoofd maar ook de weken daarna.
Toch zou het tot zaterdag 14 februari 1970 duren voordat ik haar opnieuw zag. Die avond gingen we met een paar vrienden uit in Alkmaar. Club Seven tegenover het station. Hennie (alias dj. John Silver) had nog steeds een auto dus hij was automatisch onze chauffeur Tegenwoordig zouden we hem Bob noemen maar hij was in die tijd al zo gewend aan Hennie dat we hebben het zo gelaten hebben.
Club Seven was in die tijd best wel een plek waar je uit wilde gaan. Een mooie tent met veel leuke mensen en bovenal goede muziek. En daar was Josje tot mijn verrassing ook. Er was meteen een teken van herkenning. Ik heb haar aan onze tafel gevraagd en het voelde meteen weer goed. We praatten en dansten de hele avond.
Ze vertelde dat ze nog steeds in Bergen bij de ouders van een vriendin een kamer had. Ze was in Noord-Holland terecht gekomen omdat haar vader daar was gaan werken. Ze vertelde dat op haar twaalfde haar moeder overleden was en dat ze sinds die tijd op een paar internaten in het zuiden van het land had gezeten. Nu woonde ze al een tijdje in Bergen en dat beviel haar goed. Op zeker moment dansten we op een nieuw nummer van CCR. “Goede plaat is dat, weet jij wie dit zijn” vroeg ze. Ik wist het natuurlijk. Ik was in die tijd nog steeds dj in een buurthuis Antonius aan de Kamperfoelieweg in Amsterdam Noord en het was één van de platen die ik daar regelmatig op de draaitafel legde.
“Dat nummer heet “Who’ll Stop The Rain”, en het is van Creedence Clearwater Revival”. Volgens mij wist ze het eigenlijk wel maar……… Het werd een geweldige avond en het was niet de laatste. Deze avond was slechts het begin.
In die tijd was ik niet echt gecharmeerd van mensen met een accent maar dit Brabantse accent uit haar mond gecombineerd met die grote ogen? Wauw! Het klonk gewoon verrukkelijk. Die avond viel ik voor haar en vanaf dat moment zagen we elkaar iedere week. In de maanden daarna haalde ik mijn rijbewijs en kocht ik meteen een auto. Een rode Fiat 850 waarmee ik iedere weekend richting Bergen reed. Soms, als ik haar miste, haalde ik Josje doordeweeks ’s morgens vroeg in Bergen op en reed haar naar haar werk in Koog aan de Zaan om vervolgens naar mijn eigen werk in Amsterdam- Centrum te rijden. Hoe gek kun je zijn? Maar het voelde goed.
Op een zaterdag dat we weer uit geweest waren in Bergen, vertelde ze dat ze die nacht alleen was. De familie was er dat weekend niet. Ze vroeg of ik wilde blijven slapen. Daar hoefde ik niet lang over na te denken. Die nacht, hebben we voor het eerst gevreeën. Het was onwennig en spannend maar het was heerlijk. De volgende ochtend verraste ze mij met een kop zwarte koffie. Ik dronk eigenlijk nooit koffie maar ik wilde haar niet teleurstellen. Het was echter loeisterke koffie en de tranen sprongen bijna spontaan in mijn ogen maar ik hield mij groot. Ik was opeens klaarwakker en ik wist meteen waar ik aan toe was. Achteraf hebben we er samen nog vaak om moeten lachen. Het was het begin van een mooie relatie die tot op de dag van vandaag voortduurt.
Achteraf is het leuk om vast te stellen dat onze eerste echte date op 14 februari was. Dat is tegenwoordig de dag waarop ook in heel Nederland Valentijnsdag wordt gevierd. Dat kan geen toeval zijn!
*) Summer of ’69 van Brian Adams
Laatste regel van het refrein: “Those were the best days of my life”
Bekijk alle afleveringen herinneringen Harry van Santen de Hoog
© 2022 Harry van Santen de Hoog. Op deze publicatie berust auteursrecht.
Wilt u contact opnemen met Harry van Santen de Hoog?
Dat kan via het reactie formulier van Harry.