Amsterdam heeft in 1921 de dorpen benoorden het IJ geannexeerd en wil meteen een begin maken met de aanleg van Tuindorp Nieuwendam. De polder moet opgespoten worden. DWV voetbalde nog maar een half jaar aan de Nieuwendammer Gouw en moet het terrein alweer verlaten.
DWV moet voor de vijfde keer in negen jaar tijd uitwijken. De club huurt in 1921 een veld achter de Buikslotermeerdijk bij het einde van het Meerpad. Verhuurder is tussenpersoon Arie Zon, de beheerder van de consumptietent van DWV. Het terrein bestaat uit volkstuintjes en moet dus grondig bewerkt worden. Er wordt meteen een drainage met buizen aangelegd – een primeur. Op 26 juni 1921 opent DWV het terrein met een vriendschappelijke wedstrijd tegen ZVV uit Zaandam. Na drie jaar vraagt de eigenaar, een makelaar uit de Watergraafsmeer, opeens meer huur aan Zon en dat kan DWV niet opbrengen. De voetbalvelden vormen een probleem. De vijf lokale voetbalbonden sluiten in 1925 een overeenkomst. Daarin verbieden zij de aangesloten verenigingen te spelen op terreinen waarvan de huurprijs ligt boven een vastgesteld maximum. De vijf bonden: VVA (Voetbalvereniging Augustinus uit Nieuwendam) wordt in 1924 de nieuwe huurder van het terrein aan het einde van het Meerpad. VVA kan de huur blijkbaar wel betalen. Het jubileumboek ‘50 jaar rood-wit amsterdam’: ‘Het was een uitstekend bespeelbaar veld en vanaf die tijd ging het de vereniging crescendo.’ De verhuurder heet in het jubileumboek van VVA niet Zon, maar Van Zon. VVA voetbalt ook drie jaar op het oude DWV-terrein. In januari 1927 wordt VVA de huur opgezegd. Na VVA gaat Overman het veld bespelen. De NV Hollandsche Banden Maatschappij Overman, opgericht in 1920, fabriceert rubberen banden. In 1925 verhuist Overman van de stad naar de Meeuwenlaan nabij de Motorkade. In 1937 gaat Overman failliet. Het personeel heeft in 1923 een voetbalvereniging opgericht, die ophoudt te bestaan in 1933. In het seizoen 1926-1927 speelt voetbalclub Overman bij de Spaarndammerdijk. Het volgende seizoen voetbalt Overman aan het einde van het Meerpad. In 1931 maakt Overman plaats voor voetbalvereniging ABIM (Alle Begin Is Moeilijk), dat eerder op het Mosveld had gespeeld. In oprichtingsjaar 1920 begon de Volewijckers aan de Hamerkade. In 1926 gaat de Volewijckers het gemeentelijk terrein op het Mosveld bespelen samen met AED, WDZ en ABIM, drie kleinere verenigingen. AED (Allen Eén Doel) was een club uit de Jodenbuurt in de binnenstad, rond het Waterlooplein. WDZ betekent waarschijnlijk Wilskracht Doet Zegevieren. In 1935 speelt ABIM achter de Buikslotermeerdijk 76, net als veel andere clubs. Men kan spreken van een complex: er liggen daar zeventien voetbalvelden. Het achterste veld is van ABIM. | ||||||
Alle afleveringen “Voetbal benoorden het IJ“ | ||||||
Bronnen: • Loek Bertels. Negentig jaar DWV, 1912-2002; van Nieuwendammer dorpsclub tot toonaangevende amateurvereniging. Een uitgave van DWV, oktober 2002. • 50 jaar Rood-Wit Amsterdam, 13 april 1971. Jubileumuitgave, samenstelling J.P. van der Pol en A.W. de Wildt. • Stichting Historisch Centrum Amsterdam-Noord. Nieuwendammerham, een eeuw lang bedrijvigheid. Amsterdam, 1998. • Michel van Gent. Sportbonden, sportclubs en sportperiodieken in Nederland tot 1940. http://resources.huygens.knaw.nl. • Adresboekjes AVB (Amsterdamse Voetbalbond), 1920-1940. Archief KNVB Amsterdam. • Peter-Jan Mol. Geschiedenis van de sport in Amsterdam 1918-1940; groeiende gemeentelijke betrokkenheid. Amsterdam, 1998. • Hans Dona. Sport en socialisme; de geschiedenis van de Nederlandse Arbeiderssportbond, 1926-1941. Amsterdam, 1981. © 2014-2015 Albert van der Vliet (†). Op deze publicatie berust auteursrecht. |
Op de hoogte blijven van toekomstige artikelen in deze serie?
Schrijf u dan in op de nieuwsbrief