Een groot deel van mijn jeugd woonde ik in de Citroenenstraat in Terrasdorp, het destijds nieuwere deel van Tuindorp Oostzaan. Als ik in zuidelijke richting de straat uitliep, kwam ik bij een weiland, waar ’s zomers koeien graasden. Nog verder weg waren de scheepskranen en scheepswerfgebouwen te zien van de NDSM: de Nederlandse Dok en Scheepsbouw Maatschappij die in 1946 werd opgericht. Het bedrijfsterrein was ruim 100 ha en had een oeverlijn langs het IJ van ruim 2 km. In zijn bloeitijd had de werf 3000 medewerkers in dienst, waarvan velen in Tuindorp Oostzaan woonden.
Ik kan me nog herinneren dat er aan het einde van de werkdag een sirene ging, waarna een eindeloze rij lopende en fietsende arbeiders huiswaarts keerden. In de hoogtijdagen liep het ene na het andere zeeschip van de helling en dat werd altijd gevierd, waarbij het Harmonie Corps Tuindorp een belangrijke rol speelde. Vaak was ik bij zo’n tewaterlating aanwezig en dat was steeds een spannende gebeurtenis. Het achterdek van het schip torende hoog uit boven de genodigden en belangstellenden uit het dorp. Na de officiële handelingen en het gooien van een fles champagne tegen de scheepswand begonnen alle scheepstoeters en sirenes te loeien en gleed het schip met steeds grotere snelheid van de helling het Noordzeekanaal in.
De basis voor de latere NDSM werd al in 1894 gelegd. In 1922 vestigde de voorloper van de latere werf, de Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij, zich aan de noordzijde van het IJ ter hoogte van Zijkanaal I. De omvang van de werf en haven bedroeg ruim 18 ha. Binnen korte tijd werden een kruiser, een vracht- en passagiersschip en een onderzeeboot gebouwd. Van de Amsterdamsche Droogdok Maatschappij kreeg de NDM de opdracht om een droogdok van 25.000 ton te bouwen.
Het jaar 1925 was een dieptepunt voor de nieuwe werf, maar vanaf 1928 was er sprake van een recordomzet. Er werkten ruim 2000 mensen toen de later bekend geworden schepen Johan van Oldenbarneveldt en Marnix van St.Aldegonde werden opgeleverd. Het waren de grootste schepen die ooit in Nederland waren gebouwd. Hoogtepunt in 1939 was de tewaterlating van het passagiersschip de Oranje. In mijn jeugd zag ik dit enorme, indrukwekkende schip wel eens op het IJ voorbij varen. De Oranje was zo groot dat het IJ heel klein leek te worden. Op de pont zag ik hoe dat reusachtige en mooie vaartuig langzaam de laatste honderden meters aflegde, voordat het aan de kade aanlegde, terwijl iedereen op en langs het IJ met bijna bewondering toekeek. De Oranje was immers op een Amsterdamse werf gebouwd.
Wanneer het gras op het weiland tussen Terrasdorp en de NDSM hoog genoeg was kwam de boer om het te maaien. Met andere jongens uit de buurt waren we dan druk bezig om hem daarbij te helpen. Het gebeurde vaak op warme dagen met een trillende horizon, maar we vonden dat wel een uitdaging. In de verte zag ik de hijskranen van de scheepswerf en het silhouet van een schip dat weldra van de helling zou lopen. Op hete zomerse dagen als deze ging hun werk gewoon door, maar ook in de vrieskou van de winter. Ik wist toen al dat op die scheepswerf door al die duizenden mannen wonderen werden verricht.
Wordt vervolgd.
Bron:
• Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij …eens een grote Amsterdamse werf- K.W.F.M. Doorman, in Ons Amsterdam, juli-augustus 1985 jrg.37.
© 2019 Ruud Borman. Op deze publicatie berust auteursrecht. Zie Colofon.
Overzicht alle afleveringen Tuindorp Oostzaan, een bijzondere geschiedenis.
Ruud maakt deze serie geheel op eigen titel.
Reageren? Wij gaan nog een contactformulier aanmaken waar u Ruud kunt bereiken. Voor nu kunt u contact met de redactie opnemen via de link onderaan de website. Wij sturen dan uw mail door.
Op de hoogte blijven van toekomstige artikelen in deze serie?
Schrijf u dan in op de nieuwsbrief
Amsterdam Noord Waar eens talloze zeeschepen van de helling gleden